Viva de Cyclocross

Het liep al een paar jaar. Elke keer als er weer beelden op de televisie waren van een veldrit liep het uit de hand in de groepsapp van de mannen. “Hier moeten wij ook heen!” en bijvoorbeeld ook “Hier moeten wij zeker heen!” of  “Hier gaan we absoluut heen!”. Allemaal totaal verschillende zinnen die hetzelfde aangaven: dit gaat nog lang duren voordat we erheen gaan. Ware het niet dat onze Ries een hele mooie leeftijd had bereikt en dat er een cadeau verzonnen moest worden. We geven hem een reisje naar een veldcrosswedstrijd (hierna genoemd cyclocross) en om die jongen niet alleen te laten staan in de stromende regen op een baggerveldje, wij gaan mee.
Uitzoeken hoe of wat was zo gedaan. Op zondag is de rit in Oostmalle, en omdat het toch zeker een reis van anderhalf uur is moeten we maar een tussenstop in Antwerpen inplannen. Zo gezegd, zo..
Antwerpen is niet nieuw voor ons. Iedereen heeft wel een kleine geschiedenis achter de rug daar. Goed eten. Behalve dan de vrieskoude carpaccio, de te late stoofschotel, het ontbreken van een likeurtje was het uitstekend. Op naar de kroeg. Hier stopt even het verhaal. Ik geef een paar kernwoorden waar jullie het mee moeten doen. In willekeurige volgorde: skiliftgondel, frituur, basketbalwedstrijd, dansje, warenhuis, bruidje, sta-tafel, jas-munten, marktkoopman, taxi, party-crash, oranje bril en wandeling. En dat alles doordrenkt met pils. Je begrijpt: wat happens in Antwerpen stays in Antwerpen.
Iedereen op tijd zijn bed uit voor een stevig ontbijt. Een rondje over de vogeltjesmarkt, pal voor ons hotel. Die markt is trouwens ook niet meer wat het geweest is. Als kleine jongen was ik onder de indruk van al die houten kooitjes vol met exotische dieren uit alle hoeken van de wereld. Vogeltjes natuurlijk maar ook reptielen, honden, katten en konijnen. Door Europese regelgeving mag het niet meer. Nu dus Vietnamese loempia’s, Chinese nephorloges, Vlaamse frieten, Zwitserse volautomatische geweren om de schouders van militairen en een paar katers uit Holland. Op naar Oostmalle.
Het parcours lag pal naast een oud vliegveld. Ik vond het, als enige denk ik, nu al een geweldige locatie. Ik zie mezelf daar nog wel eens paar hele gave foto’s maken. Dat terzijde. De drie kilometer lange landingsbaan deed dus dienst als parkeerterrein. Handig. Het parcours? Half door het bos en voor de rest zand. En een stukje weg. Maar veel zand. Geen bagger dit keer door het heerlijke weer, dat is geluk voor ons. Voor de fietsers zand. Loodzwaar. Bij aankomst was er al een wedstrijd bezig. Beginners ploeterde door het mulle zand, klommen en daalden over de bospaden. Nu al bewondering voor diegene die zo gek is om daar voor te kiezen. Het hoeft niet, toch doen. Wij het terrein verkent en het is groter dan we dachten. Vandaar dus de enorme televisieschermen zodat je toch vanaf een strategisch bepaalt punt alles kunt volgen. Lees bij de vorige zin: niet te ver van de bar, want er mag een biertje gedronken worden. De serieuze wedstrijden gaan beginnen, als eerste de vrouwen.
Wij hebben als groep zijnde twee favorieten. Marianne Vos en Puck Moonen. Marianne natuurlijk! vanwege haar waanzinnige palmares in deze sport. Makkelijker om te noemen wat ze niet heeft gewonnen. En Puck vanwege andere kwaliteiten.
Ze zijn er allebei niet.
Dus ik kies voor nummer 43. En de rest vind nog een Nederlandse fietsster die hartstochtelijk wordt aangemoedigd. We krijgen niet wat we willen. De huidige wereldkampioene Sanne Cant steekt met kop en schouders boven de rest uit. Wat mij ook opviel is dat er maar een aantal echt vrouwen aan deel neemt, de rest neigt al gauw naar meisjes. Het is (behalve Vos bij de vrouwen) een sport die je niet tot je pensioen volhoudt. Want niet normaal wat een kracht dit kost. Ik als niet vervend sporter krijgt met de minuut meer waardering voor deze sport. Sanne wint en terecht. De mannen.
We staan een broodje te knagen en ze komen door het publiek naar de start gefietst. Van alle kanten wordt er al geroepen naar de mannen. Hun namen en “Kom op!” “Kom aan!” erachteraan. Geen boe-geroep. Dat schijnt dus niet te kunnen bij cyclocross. De huidige wereldkampioen Wout van Aert was vorige week niet leuk onthaalt bij een wedstrijd in Nederland en dat knaagde zei hij later. Dat zit dus diep. En ik begrijp dat wel. Want het is gewoon niet normaal hoe die gasten en zeker van Aert deze zondag door het zand malen. Diep respect. En hoe dan ook, niemand heeft een boe-roep verdiend, ik realiseer me dat veel te laat. Ik had moeten opletten en inlezen. De wedstrijd gaat van start en van Aert gaat gelijk van kiet. Het verschil met Mathieu van der Poel (Neerlandsch Hoop voor ons die dag) wordt alsmaar groter..seconden wordt tientallen seconden. Drie rondes voor het einde is het al bekeken. Van Aert met overmacht over de streep, hij wint met verve.
En op dat moment komt er gelijk volle bak muziek uit de feesttent. The Winner Takes It All..nummers twee, drie en de rest is niet belangrijk. Op naar de feesttent dus. We hebben nog muntjes. Je begrijp ook hier, what happens in de feesttent..stays in de feesttent. Nou ja, zo gek is het ook weer niet. Er staat een tentje van 100 meter lang en 20 meter breed. Een dj met cd’s (ja cd’s) een idioot grote bar, rookmachine en enorme speakers. Meer heb je niet nodig. Tien hollanders staan aan het podium geplakt en hebben het naar hun zin. We pieken nog eenmaal dit weekend. Wat wij als Viva Hollandia kennen van Wolter Kroes heet hier Viva de Cyclocross. Drieduizend man zingen het uit volle borst mee, en wij ook. Wij houden van de Cyclocross. Enfin, al snel heb je het idee dat het twee uur s-nachts is, totdat je weer naar buiten hobbelt. De munten zijn op, zakken zijn behoorlijk vol. De weg naar huis wordt nog onderbroken door een halve kip bij La Place (wat helemaal geen aanrader is maar we trappen er allemaal in dus ach..). Het liep als een kogel. Het belangrijkste: Ries heeft een fantastisch verjaardagscadeau gekregen, en gelukkig waren wij daarbij. Volgend jaar weer, toch?

(Foto: Sanne Cant)

Geef een reactie